300 gram | groentebouillon |
50 gram | spinazie |
50 gram | bloem |
50 gram | rijstbloem |
25 gram | maïszetmeel |
1 | ei |
3 gram | zout |
Breng eerst de groentebouillon aan de kook en voeg zodra het kookt de spinazie toe. Laat dit nu direct zo snel mogelijk afkoelen. Doe het dan over in een blender en blend het tot een gladde massa (dit duurt ongeveer 3 minuten). Voeg dan de bloem, het rijstmeel, het maïsmeel, het ei en het zout toe. Mix dit tot een glad beslag. Laat het dan minstens 1 uur rusten in de koelkast. Verhit daarna wat frituurolie tot 170 graden Celsius en doe ook je taartstempel erin om op te warmen. Zodra de olie heet is, meng je het voorzichtig met een garde. Neem dan de stempel en druk deze voorzichtig in het beslag. Doe het nu in de hete olie en bak het 30 seconden. Dan moet de taart loslaten van de stempel. Frituur tot de taart niet meer borrelt. Herhaal dit proces met de rest van het beslag. Bewaar ze droog en afgedekt voor later.
Hier serveer ik het met een geroosterde zalmtartaar, een furikake crème en een furikake crumble.