| 5 | sint-jakobsschelpen |
| 20 gram | geklopt ei |
| 10 gram | olijfolie |
| 10 gram | boter |
| 5 gram | zwarte sesamzaadjes |
| 10 gram | zeekraal |
| 85 gram | bloem |
Maak eerst de sint-jakobsschelpen open. De sint-jakobsschelp gebruik ik later om de tartelette te vullen, de baard voor een sint-jakobscrème en het koraal voor het tartelettedeeg. Deze koralen waren super klein, maar we kunnen ze nog steeds gebruiken. Nu het deeg. Meng het losgeklopte ei met de olijfolie, de boter, 20 gram van de sint-jakobsschelpenkoralen, de zwarte sesamzaadjes en de zeekraal. Mix dit tot een glad mengsel. Giet vervolgens de bloem op je werkblad en maak een kuiltje in het midden. Vul het met het sint-jakobsschelpenmengsel. Meng het en kneed het tot een mooi deeg. Dek het dan af en laat het minstens 1 uur rusten in de koelkast. Bestuif daarna je werkblad en rol het deeg uit tot het ongeveer 2 tot 3 millimeter dun is. Snijd het nu uit met een ronde cutter. Leg het deeg op je tartelettevorm en druk de bovenste helft erop. Snijd dan het overtollige deeg weg met je cutter en terwijl je wat druk uitoefent op de vorm, bak je het op 150 graden voor ongeveer 50 minuten. Gebruik na het bakken een microplane of een fijne rasp om de zijkanten bij te snijden. Daarna kun je ze afgedekt bewaren voor later. Hier serveer ik het met een tartaar van sint-jakobsschelpen, crème van sint-jakobsschelpen en een paar mooie alisiumbloemen.
